1,2 miljoen hectare uitgeroepen tot beschermd gebied in Bolivia
Een beschermd gebied van ruim 5 miljoen hectare? In Zuid-Amerika kregen we het voor elkaar. In 2019 riep de autonome inheemse gemeente Charagua in Bolivia een gebied van maar liefst 1,2 miljoen hectare uit tot beschermd gebied. Daardoor ontstond een aaneengesloten beschermd gebied van 5,6 miljoen hectare.
“Een primeur,” vertelt Sander van Andel, senior expert natuurbeheer bij IUCN NL. “Bolivia kent verschillende autonome inheemse gemeentes. Het is voor het eerst dat de overheid van zo’n gemeente wettelijke bescherming afkondigt voor zo’n groot natuurgebied.”


We droegen bij aan de totstandkoming van een aaneengesloten beschermd gebied van 5,6 miljoen hectare.
In samenwerking met het ministerie van Buitenlandse Zaken
Daar ging dan ook een uitgebreid traject aan vooraf. “Samen met World Land Trust en Nature and Culture International ondersteunden we onze lokale partnerorganisatie Nativa Bolivia en de autonome inheemse overheid bij de totstandkoming van het beschermde gebied,” vertelt Sander. “Bijvoorbeeld met een ecologische studie ter onderbouwing van het wetsvoorstel.”
Het gebied, genaamd Ñembi Guasu, is één van de meest ongerepte gebieden in de Gran Chaco.”Op de Amazone na is de Gran Chaco het grootste bosgebied in Zuid-Amerika,” vertelt Sander. “Het strekt zich uit over Argentinië, Bolivia en Paraguay. Maar het gebied raakt steeds meer versnipperd door uitbreidende landbouw. Dat verstoort het leefgebied van de inheemse bevolking en van diersoorten zoals de jaguar, poema, miereneter en het reuzegordeldier. Met onze studie onderbouwden we de culturele en ecologische waarde van Ñembi Guasu.”
Goed nieuws voor diersoorten
De beschermde status van Ñembi Guasu is dus goed nieuws voor de talloze diersoorten die er leven. “Maar ook voor de Guaraní, de inheemse stam die al generaties lang in dit gebied leeft,” zegt Sander. “Met dit besluit zetten zij een belangrijke stap in het behouden van hun leefwijze en die van toekomstige generaties.”
Grootste beschermde gebied in Gran Chaco
Met de wettelijke bescherming van Ñembi Guasu ontstond bovendien het grootste beschermde gebied in de Gran Chaco. “Samen met de nationale parken Kaa Iya en Otuquis wordt nu een aaneengesloten gebied van meer dan 5 miljoen hectare beschermd,” zegt Sander.
“De beschermde status van Ñembi Guasu is niet alleen goed nieuws voor de talloze diersoorten die er leven, maar ook voor de inheemse stam“
En er is meer: in juli kondigde de autonome inheemse regering van Charagua nóg een wet af om natuur te beschermen. “Een gebied van 285.000 hectare is nu bestemd voor de guanaco, een wilde lamasoort die een belangrijke symbolische waarde heeft voor de lokale bevolking,” vertelt Sander.
Gezamenlijk actieplan
Samen met circa 30 gemeenschappen en 80 veehouders maakten Natura Bolivia en de lokale inheemse overheid een plan voor de bescherming van de guanaco. “De boeren maken nu een deel van hun perceel geschikt zodat er een corridor ontstaat waarlangs de dieren zich kunnen verplaatsen,” legt Sander uit. “Ook de gemeenschappen bedenken maatregelen voor het behoud van de guanaco. Op hun grondgebied planten ze nu bijvoorbeeld plantensoorten waar de guanaco van leeft.”
Stroperij en illegale handel in Suriname en Bolivia in kaart gebracht
Vanuit de Amazonegebieden in Bolivia en Suriname komen de afgelopen jaren steeds verontrustender signalen over grootschalige stroperij en illegale handel in wilde dieren. Maar er was weinig bekend over de omvang van het probleem. Wij brachten de situatie in kaart en deden aanbevelingen om wildlife crime een halt toe te roepen.
"Tot voor kort hadden we nog maar heel weinig informatie over stroperij en handel in wilde dieren in Bolivia en Suriname," vertelt Liliana Jauregui van IUCN NL. Om dat kritieke gat te vullen liet IUCN NL in 2018 onderzoek doen door een ervaren specialist op het gebied van wildlife crime.

We boden meer inzicht in de situatie rondom wildlife crime in Suriname en Bolivia, zodat wilde dieren beter beschermd kunnen worden.
In samenwerking met het ministerie van Buitenlandse Zaken en EcoJust

Het onderzoeksrapport, dat begin 2019 uitkwam, zet de gegevens uit verschillende rapporten van de Boliviaanse en Surinaamse politie op een rij. “Met dit overzicht kunnen we aantonen dat illegale handel in wilde dieren in beide landen een groot en groeiend probleem is,” vertelt Liliana. “Dit is een wake-up call.”
Jaguartanden en bushmeat
De meest verontrustende trend in beide landen die uit het rapport naar voren komt, is de groeiende handel in jaguaronderdelen, met name hoektanden. Deze onderdelen gaan vooral richting China om te worden verwerkt tot medicijnen en sieraden.
Een ander groeiend probleem is bushmeat: wilde dieren zoals herten, tapirs en apen die worden gedood voor menselijke consumptie. Door de aanleg van nieuwe wegen worden ondoordringbare bosgebieden toegankelijk voor stropers, terwijl de toestroom van arbeiders, vaak van Chinese komaf, de vraag naar bushmeat vergroot. In Suriname vindt bovendien nog steeds een levendige illegale handel in zeeschildpaddeneieren plaats. Liliana: “Vier van de zeven zeeschildpadsoorten die op aarde voorkomen, nestelen hier. Alle vier staan ze op de Rode Lijst van bedreigde soorten.”
“Dit rapport moet voor iedereen een wake-up call zijn“
Meer inzicht
“Dankzij het rapport is er voor het eerst meer inzicht in de situatie rondom wildlife crime,” vertelt Liliana. “Dat geeft houvast voor maatregelen om de illegale handel aan te pakken." Het rapport roept Suriname en Bolivia onder meer op de handhavingscapaciteit fors uit te breiden. Maar meer agenten is niet de enige oplossing. “Bij de preventie van stroperij kunnen lokale gemeenschappen een belangrijke rol spelen,” vertelt Liliana. “Zij zijn deel van het probleem én van de oplossing.”
Aandacht voor actie
Met het rapport is de wildlife crime in Bolivia en Suriname eindelijk op de agenda gekomen, stelt Liliana: “De Britse regering, die heel actief is op dit gebied, heeft ons meteen uitgenodigd om onze inzichten te delen. Maar de tijd dringt. Deze regio dreigt haar meest iconische soorten te verliezen.”
Hoop voor herstel maleovogels in Sulawesi
Het regenwoud van het Indonesische eiland Sulawesi herbergt vele unieke planten- en diersoorten, waaronder een iconische vogelsoort: de maleo. Maar door stroperij, houtkap en landbouwexpansie komt deze bijzondere vogel steeds dieper in de gevarenzone. Behalve bij Mount Tompotika, waar de populatie is verviervoudigd dankzij de inspanningen van onze lokale partnerorganisatie Alliance for Tompotika Conservation.
De maleo’s staan bekend om hun extravagante baltsritueel en bijzondere broedwijze. De vogels, die alleen voorkomen op Sulawesi en het nabijgelegen eiland Buton, slapen en foerageren in het woud, maar begraven hun eieren kilometers verderop op het strand. Daar, diep verborgen in het zand, worden de eieren uitgebroed door de warmte van de zon.

We droegen bij aan het beschermen van leefgebied, waardoor de populatie bedreigde maleovogels bij Mount Tompotika is verviervoudigd.
In samenwerking met de Nationale Postcode Loterij
Rode Lijst
In 1850 schreef natuuronderzoeker Alfred Russel Wallace nog over reusachtige stranden die ‘zwart zagen’ van de maleo’s. Inmiddels is de populatie volgens schattingen teruggelopen tot 4000 à 7000 broedparen. Sinds 2002 staat de soort op de IUCN Rode Lijst van bedreigde soorten. Marc Hoogeslag, senior expert natuurbeheer bij IUCN NL, vertelt: “In het regenwoud wordt ongehinderd hout gekapt, zowel illegaal als legaal. Het leefgebied van de maleo wordt daardoor steeds kleiner. Het belangrijkste broedgebied dreigde te moeten wijken voor landbouw. Bovendien verkocht de plaatselijke bevolking, vaak zonder besef van de gevolgen, de eieren als delicatesse.”
Lokale bewustwording
Vanaf 2006 maakt partnerorganisatie Alliance for Tompotika Conservation (AlTo) zich hard voor de maleo. “AlTo weet goed verbinding te maken met de lokale bevolking,” vertelt Marc. “Samen met dorpsbewoners hebben ze een permanente bewustwordingscampagne opgezet om het eierenrapen tegen te gaan.” Met succes: inmiddels is de lokale bevolking trots op hun bijzondere vogel. Sommige dorpsbewoners treden zelfs op als maleo-ambassadeurs.
“Sommige dorpsbewoners treden nu op als maleo-ambassadeurs”
Leefgebied veiligstellen
Een tweede spoor was het veiligstellen van leefgebied. Met steun van IUCN NL kocht AlTo in het begin van dit decennium diverse percelen regenwoud aan, in totaal zo’n 7 hectare. “Die percelen vormen samen een bufferzone tegen illegale houtkap en andere schadelijke economische activiteiten,” licht Marc toe. In 2014 sloot AlTo een langdurig pachtcontract af voor 35 hectare broedgebied bij het dorpje Taima. Marc: “In 2019 werd 6,7 hectare broedgebied aangekocht in Pangania. Dit gebied herbergt ook zeeschildpadden en staat in verbinding met een bos met zeldzame dieren als dwergbuffels, spookdiertjes en neushoornvogels.”

Comeback
Regelmatige tellingen laten duidelijk zien dat de combinatie van slimme landaankoop en lokale voorlichting vruchten afwerpt. De populatie maleo’s groeide tussen 2006 en 2019 gestaag. In 2006 werden op een van de broedplaatsen slechts 26 exemplaren geteld. Dertien jaar later waren dat er 108, een verviervoudiging. Marc: “Terwijl de aantallen elders op Sulawesi en Buton blijven teruglopen, maakt de maleo in Tompotika juist een comeback. Deze aanpak laat zien dat de maleo zich echt kan herstellen.”